Ja ik moet weer naar buiten, voor een demonstratie deze keer. Tegen het windmolenbeleid, niet tegen windmolens op zich.
Ik wil niet, zie tegen al die mensen op. Zo veel mensen, dan voel ik me vaak zo alleen.
Ik hoorde een stukje van de “Taalstaat” van Frits Spits, mooi programma vind ik dat. Er is een rubriek: vergeet woorden, of juist “welk woord wil je dat níet vergeten wordt”.
Meteen kwam terneergeslagen in mij op. Niet omdat ik dat woord niet wil vergeten maar omdat ik me zie voel. Terneergeslagen, een terneergeslagene.
Het lukt me niet om me weer op te richten. Het evenwicht was al wankel, maar zeker in deze tijd vind ik het extra moeilijk. Ik heb deze week welgeteld één persoon gezien en dat was mijn tandarts, hoe treurig is dat. Ik weet dat er licht is aan het eind van deze coronatunnel, maar de moed is mij in de schoenen gezakt.
Nu maar op naar de “Hoe-zit-het-nou-met-die-windmolens?”