Inmiddels is het zes maanden geleden dat ik ben geopereerd, ik had het me anders voorgesteld, voor zover ik me er al een voorstelling van kon maken. Lichamelijk word ik sterker, mijn conditie wordt beter, dus dat is mooi. Daar zou ik blij om moeten (?) zijn, maar ik ben niet blij. Natuurlijk is het fijn om weer sterker te worden, vooral het feit dat ik weer kan fietsen is prettig. Maar dan houdt het op, de blijdschap. Ik heb veel pijn, in mijn rug, billen en benen, elke dag, vooral als ik zit of lig. Pijn beheerst een groot deel van mijn dag en dat is heel akelig. Ik ben wel wat gewend, maar dit ......
Psychisch doet pijn veel met me merk ik. Ik ben al meer vanhet half lege dan het half volle glas, dat lijkt alleen maar meer te worden. Misschien hoort “het” er allemaal wel bij. In het begin was ik alleen maar bezig met overleven, letterlijk deze keer. Maar ik ben nog steeds, of weer steeds meer “alleen maar” aan het overleven. En dat valt me zwaar en het valt me tegen. Misschien hoopte ik op een soort wonder? Misschien hoopte ik dat als ik verlost zou zijn van de tumor ik me beter zou voelen, niet alleen lichamelijk maar ook psychisch?
Ja, dat hoopte ik wel.