Hallo allemaal aangezien dit inmiddels een voorsteldraad voor nieuwe leden is geworden, zal ik me dan ook maar ff kort voortstellen; Toni M is de (nick)naam, bouwjaar 1957, vrouw, getrouwd, 3 kinderen. ik zou veel over mijn leven kunnen vertellen (goede en slechte tijden), maar dat voert hier -denk ik- te ver; mogelijk dat gaandeweg dingen ter sprake komen; wat hier nu wel relevant is: ik wist al vrij jong (rond mijn 20e of eerder) dat ik een drankprobleem had; althans ik merkte dat alcohol met mij iets anders DEED en voor mij iets anders BETEKENDE dan "normaal" is; ik heb dat 'weten' lange tijd weggedrukt, vooral omdat ik bang was (zowel voor het fenomeen zelf als voor de evt.consequentie's als ik er echt naar zou kijken); in de zomer van 2000 kon ik er echter niet langer omheen en sindsdien ben ik dus begonnen om 'alcohol de baas' te worden; inmiddels heb ik -met ups en downs- veel geleerd over alcohol/alcoholisme EN over hoe dat bij mij zit... naast (virtuele) contacten met lotgenoten (vooral AA-ers) EN veel eerlijk (en pijnlijk!) zelfonderzoek is onderstaand artikel voor mij cruciaal geweest in het begrijpen en accepteren van mijn verslaving; daarom copy-paste ik het hieronder; misschien dat het voor anderen ook verhelderend kan werken; verder wens ik ieder een goede tijd op dit forum EN vooral veel suc6 met zijn/haar eigen alcoholprobleem! Toni ----- Waarom kan een alcoholverslaafde nooit meer 'sociaal' drinken? Er bestaan vele theorieën over - en zienswijzen op - alcoholisme als verslavingsziekte. Soms is men geneigd te veronderstellen dat er evenveel meningen over bestaan, als er hulporganisaties zijn. En dat zijn er helaas nog steeds niet weinigen. Het is daarom begrijpelijk, dat vele alcoholpatiënten door de bomen het bos niet meer zien en blijven hopen op het nooit komende 'later' of op de 'grote medische uitvinding', die hun die genezing zal bieden. Intussen hopen zij dan de nodige kracht en karaktervastheid te kunnen opbrengen om net als hun medepatiënten, het glas te laten staan en zo nieuwe alcohol-ellende te voorkomen. Alcoholisme heeft echter niets te maken met eigenschappen als 'karakter' of 'wil'. Het is in de eerste plaats een lichamelijke ziekte, die voorkomt uit een van de meest essentiële symptomen van deze kwaal: het controleverlies. Dit controleverlies is het 'niet meer kunnen stoppen' met drinken, nadat men zich heeft voorgenomen niet meer dan een bepaald aantal glazen, in een bepaald tijdsbestek, te drinken. Na 1 of 2 borrels/pilsjes (of andere alcoholhoudende dranken), heeft het lichaam een enorme drang naar meer alcohol, waardoor er meestal van alle goede voornemens niets terechtkomt. Dit 'controleverlies' heeft te maken met veranderingen, die plaats vinden in de hersenen. Wat is namelijk het geval? Door langdurig of excessief alcoholmisbruik, dat verslaving tot gevolg had, vormden zich in de hersenen bepaalde stoffen die daar niet meer weg gaan, ook als met geruime tijd geen alcohol nuttigt. Deze stoffen heten 'Tetra-hydro-iso-quinolines', kortweg TIQ's genaamd. Die TIQ's ontstaan uit acethaldehyde, een afbraakproduct van alcohol. Het zijn deze stoffen, die aan het alcoholisme haar verslavend karakter geven. Dat wil zeggen: wanneer men ook maar 1 enkel borreltje /of dergelijke drinkt, deze stoffen weer werkzaam worden en het lichaam zodanig ontregelen, dat het om meer alcohol gaat vragen. Het kan zelfs zodanig zijn, dat de meest sterke 'geest' het moet afleggen tegen de lichamelijke 'zucht' naar datgene, wat in het verleden ook tot opheffing van die ontregeling diende, de alcohol. Bij een alcoholverslaafde of iemand die de verslaving tot dan toe onder controle had, gebeurt in wezen het volgende: 1. De alcohol komt via de mond, slokdarm en maag direct in de bloedbaan. Het wordt door het bloed opgenomen. 2. Dit bloed stroomt op de normale wijze (ook) naar de hersenen. 3. Behalve de onmisbare - en tot alle functies dienende - hersencellen, worden ook de TIQ's door het bloed gevoed. 4. De hersenen geven, via de zenuwbanen, signalen door aan de rest van het lichaam. 5. Het lichaam reageert op de 'van boven' gegeven commando's en zal om meer alcohol gaan 'vragen'. 6. De 'vraag' (zucht) naar alcohol is vaak te sterk om te weigeren en 7. Alle opgebouwde psychische weerstand wordt onderdrukt en de ellende kan opnieuw toeslaan. Er zijn gevallen bekend, waarin tijdens het drinken het bewustzijn van de gevolgen terdege aanwezig was, doch de lichamelijke reacties sterker bleken, dan de verstandelijke redeneringen. Dit geeft aan, dat verslaving een sterke lichamelijke kant heeft en dat lichaam en geest niet altijd in balans zijn. Het proces (de verandering) welke in de hersenen is ontstaan, blijft daar altijd aanwezig. Voor wie niet meer drinkt, zal het nooit meer kwalijke gevolgen kunnen hebben, in de vorm van 'verslavingsverschijnselen'. Maar 'het eerste glas' kan de kettingreactie in gang zetten en de gevolgen daarvan mogen bekend zijn. Natuurlijk reageert iedereen verschillend en individueel op het 'eerste glas'. De één zal direct 'doorzakken', hetgeen betekent dat de TIQ's bij hem bijzonder snel werken. Terwijl een ander soms wel weken of langer 1 of enkele glazen per dag kan gebruiken voor de TIQ's werkzaam worden. Maar ook mensen inde laatste categorie zullen onherroepelijk terugvallen. TIQ's stellen dus altijd de verslavende processen weer in werking en vandaar is 'sociaal drinken' voor een verslaafde of als je wilt ex-verslaafde nooit mogelijk. Wie het tegendeel 'bewijst', bewijst alleen maar, dat zich bij hem of haar geen TIQ's gevormd hebben en er dus nooit van een echte verslaving sprake is geweest. Echter de meeste mensen hebben dit herhaaldelijk uitgeprobeerd en erkennen dat ze wel degelijk verslaafd zijn aan de alcohol. (Deze gegevens zijn ontleend aan een stencil, uitgegeven door het Bureau voor Alcoholverslaving, Zeestraat te Den Haag).